“Leuke Dingen” beschikbaar om uit te printen
1. Ga naar de film met je vrienden/familie.
2. Ga shoppen in het winkelcentrum met je vrienden.
3. Ga picknicken met je vrienden in een lokaal park of in je achtertuin.
4. Houd een 80’s film marathon. Huur zoveel mogelijk 80’s films en kijk ze het hele weekend. Doe hetzelfde voor andere decennia.
5. Maak een plakboek.
6. Maak een collage die jou of een onderwerp dat je leuk vindt vertegenwoordigt. Voeg knipsels uit tijdschriften en kranten, foto’s, kaartjes, enz. toe.
7. Organiseer een etentje met eten. Wijs aan elk van uw vrienden een categorie eten toe en prik een datum.
8. Lees een boek of tijdschrift.
9. Speel een spelletje flag of touch football.
10. Speel ‘capture the flag’.
11. Maak een filmpje met de videocamera van je ouders.
12. Schilder een schilderij.
13. Ga op speurtocht in je buurt.
14. Ga naar een sportevenement voor je school.
15. Begin een inzameling.
16. Speel een spelletje ultimate frisbee.
17. Ga zwemmen.
18. Maak een mix-cd of -tape.
19. Organiseer een bake sale of car wash in je buurt en doneer de opbrengst aan een school of buurtproject.
20. Speel kaartspelletjes, domino, of doe een puzzel.
21. Plan en maak een maaltijd voor je gezin.
22. Maak je eigen waterglijbaan. Leg een plastic zeil op het gras en maak het nat met een waterslang. Laat de slang lopen terwijl jij en je vrienden erop rennen en glijden.
23. Vliegeren in je achtertuin of in een park in de buurt.
24. Maak je eigen straathockeyteam of speel voor de lol.
25. Praat aan de telefoon.
26. Rijd op uw fiets. Probeer nieuwe paden te vinden.
27. Schrijf gedichten of korte verhalen.
28. Bouw een clubhuis in je achtertuin waar je met je vrienden kunt rondhangen.
29. Maak zelfgebakken koekjes.
30. Ga op fotografiejacht en zoek interessante thema’s om te fotograferen.
31. Lichaamsbeweging. Probeer samen met je vrienden nieuwe oefeningen uit, zoals yoga of pilates.
32. Huur een kano of waterfiets.
33. Ga naar een concert.
34. Start je eigen band.
35. Neem een parttime baan.
36. Ga uit eten in een plaatselijk restaurant.
37. Ga met je vrienden naar een ijssalon.
38. Ga sterren kijken.
39.
39. Ga naar een toneelstuk in je plaatselijke theater of naar een schoolproductie.
40. Doe mee aan naschoolse activiteiten, zoals de toneelclub, voetbal, basketbal, clubs voor gemeenschapswerk, studentenraad, cheerleading, enz.
41. Ga naar een museum.
42.
42. Ga naar de dierentuin.
43. Doe vrijwilligerswerk in het plaatselijke dierenasiel, ziekenhuis, verpleeghuis of op een andere plaats die je interesseert.
44. Plant je eigen tuin of terrarium.
45. Maak met al je vrienden een tijdcapsule met briefjes en voorwerpen die je wilt herinneren aan deze tijd in de geschiedenis. Prik een datum om hem ver in de toekomst te openen.
46. Ontwerp en maak je eigen T-shirts.
47. Ga paardrijden.
48. Ga bergbeklimmen of wandelen.
49. Ga naar een amusements- of waterpark.
50. Ga buiten eten terwijl je naar de zonsondergang kijkt. U kunt zelf eten maken of wat fastfood afhalen.
51. Verzorg uw huisdier en neem het mee naar het park om te pronken.
52. Speel paintball.
53. Naar het strand of meer gaan.
54. Computer/video spelletjes spelen.
55. Een dutje doen.
56. Laser tag spelen.
57. Midgetgolf spelen.
58. In go-carts rijden.
59. Ga bowlen.
60. Studeren voor de SATs.
61. Ga naar een rommelmarkt om leuke spullen te zoeken.
62. Bestel een pizza en huur een film met je vrienden.
63. Ga naar een professioneel sportevenement.
64. Ga schaatsen.
65. Bezoek openbare tuinen.
66. Speel gezelschapsspelletjes met je broertje of zusje of met je vrienden.
67. Leer een muziekinstrument te bespelen.
68. Neem je kleine zusjes of broertjes mee naar de speeltuin of het circus.
69. Bezoek de historische plaatsen van je stad.
70. Start een recycling programma in uw school/gemeenschap.
71. Houd een pokerparty. Gebruik chips, snoep en pretzels in plaats van geld.
72. Maak een muziekvideo.
73. Maak een cadeau voor je vriendje of vriendinnetje.
74.
74. Maak een quilt van je oude T-shirts en dekens.
75. Houd een tekenfilmmarathon.
76. Ga rolschaatsen of skeeleren op de plaatselijke ijsbaan of in de buurt.
77. Ga naar de slagkooien of speel honkbal in een plaatselijk park.
78. Neem een deken en wat lekkers mee naar een park en kijk naar wolkenformaties in de lucht.
79. Luister naar muziek/zang.
80. Begin een dagelijks dagboek.
81. Maak een toneelstukje met je vrienden.
82. Rooster marshmallows.
83. Speel vangbal met waterballonnen in de tuin of hou een waterballonnengevecht.
84. Bezoek je familie.
85. Maak een puzzel. Lijm de stukjes aan elkaar en lijst het in.
86. Organiseer een garageverkoop met je vrienden. Doneer de opbrengst aan een lokaal goed doel of geef een feestje.
87. Bouw je eigen website.
88. Ga vissen.
89. Surf op internet.
90. Neem danslessen. Leer swingen, walsen, salsa dansen, enz.
91. Organiseer een dag om zwerfvuil op te rapen in uw buurt en in de gemeenschap.
92. Ga naar de bibliotheek.
93. Bestudeer iets nieuws.
94. Schrijf een brief.
95. Richt uw kamer opnieuw in.
96. Ruim de kelder of garage op voor je ouders.
97. Maai het gras of was de auto voor je ouders.
98. Mentor zijn van een jonger kind.
99. Lid worden van een club of groep.
100. Kooklessen volgen.
101. Een verzorgingstehuis bezoeken.
top