Honkbal is een slag-en-bal spel dat gespeeld wordt tussen twee tegengestelde teams die om beurten slaan en in het veld staan. Binnen het spel zijn er posities waarin elke deelnemende speler kan spelen.
Er zijn negen veldposities in honkbal. Aan elke positie is een nummer gekoppeld, dat door de officiële scorer wordt gebruikt bij het bijhouden van de scores:
1 (werper), 2 (vanger), 3 (eerste honkman), 4 (tweede honkman), 5 (derde honkman), 6 (korte stop), 7 (linksvelder), 8 (middenvelder), en 9 (rechtsvelder). Samen worden deze posities gewoonlijk in drie groepen ingedeeld: het outfield (linksveld, middenveld en rechtsveld), het infield (eerste honk, tweede honk, derde honk en korte stop), en de battery (werper en vanger). Traditioneel zullen spelers binnen elke groep vaak gemakkelijker van positie kunnen wisselen (dat wil zeggen, een tweede honkman kan meestal goed korte stop spelen, en van een middenvelder kan worden verwacht dat hij ook in het rechtsveld kan spelen); de werper en catcher zijn echter zeer gespecialiseerde posities en zelden zullen spelers op andere posities daar spelen.