In de V.S., op alle verpakte voedingsmiddelen en dranken een voedingswaarde-etiket aangebracht.

Weten hoe dit etiket gelezen moet worden, kan mensen helpen te bepalen welke invloed voedingsmiddelen of dranken op hun bloedglucosewaarden kunnen hebben.

Er staat vaak een veelheid aan informatie op een voedingswaarde-etiket, maar de drie belangrijkste getallen zijn:

  • servegrootte
  • totale koolhydraten
  • calorieën

We bespreken elk van deze hieronder.

Als een voedingsmiddel kunstmatige zoetstoffen of andere suikervervangers bevat, vermeldt de fabrikant deze in een ingrediëntenlijst direct onder het vakje met de voedingswaardefeiten.

De portiegrootte

Het eerste cijfer op een etiket met voedingswaardefeiten is de portiegrootte. Fabrikanten baseren alle andere informatie op één portie van het voedsel.

Bijv. een doos crackers kan 10 crackers vermelden als één portie. Dus als iemand 20 crackers eet, krijgt hij twee keer zoveel calorieën en koolhydraten binnen als op de doos staat.

Fabrikanten baseren de portiegrootte op gangbare huishoudelijke maten die geschikt zijn voor het voedingsmiddel, zoals:

  • kopjes
  • lepeltjes
  • stukjes
  • plakjes
  • potjes

Op het etiket staat ook altijd de portiegrootte in grammen (g) en het aantal porties per verpakking.

Calorieën

Een voedingswaarde-etiket informeert de klant ook over het totale aantal calorieën in één portie. Deze calorieën zijn afkomstig van alle bronnen, waaronder vet, koolhydraten, eiwitten en alcohol.

Weten wat de dagelijkse inname van calorieën is, kan belangrijk zijn voor mensen die willen afvallen of een gezond gewicht willen behouden. Om gewicht te verliezen, moeten mensen minder calorieën eten dan ze verbranden. Ze kunnen dit bereiken door zich bezig te houden met lichamelijke activiteit en lichaamsbeweging om stofwisselingsprocessen te activeren.

Iedereen die wil afvallen, moet met een arts of diëtist praten voor advies over een dieetplan.

Totale koolhydraten

Het cijfer voor totale koolhydraten geeft de hoeveelheid koolhydraten in grammen aan die één portie bevat. Dit getal omvat suiker, complexe koolhydraten en vezels.

Voor mensen met diabetes is het van belang te kijken naar de totale hoeveelheid koolhydraten en niet alleen naar suiker. Alle soorten koolhydraten kunnen de bloedsuikerspiegel beïnvloeden.

Een diabetesvoorlichter, diëtist of diabetoloog zal een individueel dieetplan opstellen als onderdeel van het beheren van glucose. Het plan beperkt de inname van koolhydraten om de bloedsuikerspiegel binnen een normaal bereik te houden.

De ADA stelt geen specifiek aantal koolhydraten voor mensen met diabetes voor. In plaats daarvan moeten mensen het dieetplan van hun arts nauwgezet volgen.

Sommige voedingsmiddelen kunnen weinig of geen suiker bevatten, maar wel veel koolhydraten. Door alleen naar de hoeveelheid suiker op een etiket te kijken, kan iemand de mogelijke impact van het voedsel op zijn bloedglucose onderschatten.

Foodfabrikanten gebruiken soms ook termen als “netto koolhydraten,” “impact koolhydraten,” of “verteerbare koolhydraten” op hun verpakking.

De FDA en de American Diabetes Association erkennen deze termen niet. Ze kunnen misleidend zijn over de totale hoeveelheid koolhydraten in een product.

Fabrikanten berekenen deze cijfers vaak door de hoeveelheid suikeralcohol en vezels af te trekken van de totale hoeveelheid koolhydraten. Deze methode kan echter de indruk wekken dat het product minder koolhydraten bevat dan het geval is.

Mensen met diabetes moeten altijd naar het aantal totale koolhydraten kijken wanneer zij beslissen of zij een bepaald voedingsmiddel wel of niet eten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *