Vraag: “Is het verhaal over Jezus ontleend aan het verhaal van Serapis Christus?”
Antwoord: Sommige mensen beweren dat de verhalen over Jezus zoals opgetekend in het Nieuwe Testament gewoon gerecyclede mythen zijn, ontleend aan heidense folklore, zoals de mythe van Serapis (of Sarapis), die sommigen Serapis Christus noemen. Andere mythologische figuren die soms met het verhaal van Christus in verband worden gebracht zijn Osiris, Dionysus, Adonis, Attis, en Mithras. De beschuldiging is dat de mythen van Serapis Christus e.a. in wezen hetzelfde verhaal volgen als het verhaal van Jezus Christus in het Nieuwe Testament, waardoor “bewezen” wordt dat de schrijvers van het Nieuwe Testament eigenschappen ontleenden aan reeds bestaande godheden en deze toepasten op Christus – of waardoor “bewezen” wordt dat Jezus nooit bestaan heeft. Christenen die in de Bijbel geloven, verwerpen dergelijke beweringen.
De oorsprong van de Serapis-verering is geworteld in politiek opportunisme. Ptolemaeus I Soter, een van de generaals die het Griekse Rijk overnam na de dood van Alexander, regeerde Egypte van 323 v.Chr. tot 282 v.Chr. Om de Egyptische en Griekse delen van de bevolking onder zijn heerschappij te verenigen, creëerde Ptolemaeus een nieuwe godheid die elementen van de Egyptische en Griekse cultuur combineerde. Hij begon met Osiris, de Egyptische god van de onderwereld, en voegde er de verering van Apis, de heilige Egyptische stier, aan toe. Ptolemaeus helleniseerde vervolgens het uiterlijk van zijn nieuwe Osiris-Apis god – de Grieken wilden dat hun goden op mensen leken, zonder dierenkoppen. Het resultaat was Serapis, een god met lang haar en een volle baard die de god was van het hiernamaals, genezing en vruchtbaarheid. De cultus van de samengestelde god Serapis was nooit zo populair in Egypte zelf, maar verspreidde zich later naar andere delen van het Romeinse Rijk, waar Serapis ook bekend stond als de beschermgod van de zeelieden, de zonnegod, en zelfs als vervanger van Zeus, de oppergod.
Degenen die een verband proberen te leggen tussen de Serapis-verering en het christendom baseren hun beweringen op de volgende beweringen:
– Serapis lijkt op Jezus. Natuurlijk weet niemand hoe Jezus eruit zag, maar het feit dat Jezus waarschijnlijk een baard had (zie Jesaja 50:6), gecombineerd met het feit dat afbeeldingen van Serapis hem tonen met een baard, is voor sommigen genoeg om de twee te verwarren. Als we deze logica gebruiken, zouden we kunnen zeggen dat Koning Hendrik VIII eenvoudigweg een verzinsel was van mensen die de mythe van de Noorse god Odin navertelden – aangezien zowel Hendrik als Odin een baard hebben.
– Serapis genas zoals Jezus. De Bijbel vermeldt veel voorvallen van Jezus’ genezende bediening (b.v. Lucas 5:17-26), en deze wonderen werden door tientallen mensen aanschouwd. Er is niets mythologisch aan ooggetuigenverslagen.
– Serapis was een onsterfelijke god van de onderwereld, net als Jezus. Om precies te zijn, Serapis was vermoedelijk een god (Osiris) wiens incarnatie na de dood een stier (Apis) was, volgens de ingewikkelde vermenging van de Ptolemeïsche en Egyptische mythologie. Jezus stierf voor de zonden van de mensheid (iets wat Osiris nooit heeft gedaan) en werd opgewekt (als Zichzelf, niet als levenskracht in een stier) voor onze rechtvaardiging (Romeinen 4:25). “Seizoensgebonden opwekkingen” die overeenkomen met de oogstcyclus hebben niets te maken met de offerdood, opstanding, en hemelvaart van de Here Jezus. In feite bevat de mythe van Osiris helemaal geen opstanding: Osiris komt nooit meer tot leven, maar zet gewoon zijn bestaan voort in de onderwereld. Niets in de antieke literatuur komt overeen met het bijbelse verslag over de opstanding van Christus. Serapis werd “de Goede Herder” genoemd, en dat is Jezus ook. Het probleem is dat er geen oude literatuur bestaat waarin Serapis ooit “Goede Herder” wordt genoemd.
– Serapis werd ook Christus of Chrestus genoemd, wat overeenkomt met Jezus’ titel “Christus”. Gezien de brede acceptatie van de Serapis cultus in de Griekse en Romeinse wereld, zou het niet verrassend moeten zijn dat de cultisten hun god de “uitverkorene” zouden noemen. Maar we moeten opmerken dat de term Christus (of de Hebreeuwse vorm, Mashiach) honderden jaren dateert van vóór de oorsprong van Serapis (zie Daniël 9:25 en Jesaja 61:1).
– Keizer Hadrianus schreef dat aanbidders van Serapis zichzelf Christenen noemden. De brief die Christenen identificeert met Serapis-aanbidders zou geschreven zijn in 134 na Christus, maar het document waaruit de brief komt, de Historia Augusta, is een vervalsing gebleken uit 395 na Christus. Hadrianus heeft de brief niet geschreven, en het hele argument is een schijnvertoning.
Nee, het verhaal over Jezus is niet ontleend aan het verhaal over Serapis. Noch leenden de evangelieschrijvers aan de mythen van Mithras, Attis, of anderen. Jezus was een echte, historische persoon, en de vier Evangelies vertellen feitelijke informatie over wat Hij zei en deed.
Omdat een gebeurtenis enige gelijkenis vertoont met een eerder, fictief verslag, betekent niet dat de latere gebeurtenis nooit heeft plaatsgevonden. Veertien jaar voor de Titanic zonk, schreef de romanschrijver Morgan Robertson over een enorme oceaanstomer, de Titan, die zonk in de Noord-Atlantische Oceaan nadat hij op een ijsberg was gebotst. De fictieve Titan en de echte Titanic hadden ook vergelijkbare afmetingen, snelheden en voortstuwingssystemen. Dat is een veel grotere overeenkomst dan welk heidens “bronmateriaal” ook heeft met de echte Jezus. Toch kan niemand redelijkerwijs beweren dat wat we over de Titanic weten slechts een bewerking is van Robertson’s boek. Ooggetuigenverslagen en goede bewijzen weerhouden ons ervan om te beweren dat de Titanic mythisch is, zelfs als er al een soortgelijk fictief verhaal in omloop was toen de Titanic zonk. Verbanden tussen Jezus en mythische figuren uit zijn tijd zijn veel minder direct. We kunnen er zeker van zijn dat de bijbelse Jezus niet in elkaar is geflanst uit vroegere heidense overtuigingen. Het historische en archeologische bewijs tegen dergelijke theorieën is sterk.