Syntax

I. Losse zinnen-Een zin die grammaticaal compleet is op een bepaald punt (of punten) voor het einde; het tegenovergestelde van een periodieke zin. Losse zinnen die zijn samengesteld uit te veel afhankelijke bijzinnen worden draderig. De onafhankelijke bijzin wordt gevolgd door een of meer afhankelijke bijzinnen of zinsdelen.

Ex. “Stel je de gevoelens voor van een commandant van een triëre in de Middellandse Zee, plotseling naar het noorden gestuurd; in allerijl over land door de Galliërs getrokken; belast met een van deze vaartuigen die de legionairs – en dat moeten ook handige mannen zijn geweest – in een maand of twee klaarblijkelijk per honderd hebben gebouwd, als we mogen geloven wat we lezen. Stel je hem hier voor – het einde van de wereld, een zee met de kleur van lood, een hemel met de kleur van rook, een soort schip dat ongeveer zo stijf is als een concertina – en dat deze rivier opgaat met voorraden, of orde, of wat je maar wilt” (Conrad, Heart of Darkness)

II. Periodieke zinnen-Een zin die niet grammaticaal compleet is voor het einde; het tegenovergestelde van een losse zin. Het idee is om de geest vooruit te werpen naar het idee dat de betekenis zal vervolledigen. Deze zin wekt interesse en nieuwsgierigheid op, houdt een idee in spanning voordat de uiteindelijke onthulling wordt gedaan. Periodiciteit wordt bereikt door het gebruik van parallelle zinnen of bijzinnen aan het begin; door het gebruik van afhankelijke bijzinnen voorafgaand aan de onafhankelijke bijzin, en door het gebruik van correlatieve voegwoorden (geen/geen; of/of; niet alleen/maar ook, etc.) De periodieke zin is gereserveerd voor nadrukkelijke uitspraken en om afwisseling te verzekeren. Het voortdurende gebruik van de periodieke zin zou de aandacht van de lezer te zeer belasten.