iv kenmerken van gedesorganiseerde gehechtheid
Gesesorganiseerde gehechtheid bij kinderen
De gehechtheidstheorie stelt dat wanneer een kind bang is, het zich tot een gehechte verzorger wendt voor veiligheid, troost en geruststelling. Echter, als de verzorger ook de bron van dreiging is, dan heeft het kind een onoplosbaar probleem. Geen consistente, georganiseerde strategieën kunnen de angsten verlichten en gedesorganiseerde gehechtheidsproblemen ontwikkelen zich.
Gedesorganiseerde gehechtheid is een onveilige gehechtheid. Het kind ziet de ouder niet als een veilige basis omdat het niet aan zijn emotionele of fysieke behoeften kan voldoen.
In het Strange Situation experiment, ontwikkeld door Mary Ainsworth, is het gedrag van een gedesorganiseerde zuigeling niet in overeenstemming met de andere hechtingsstijlen. De baby kan een verscheidenheid aan vreemd, ongewoon, tegenstrijdig of conflicterend gedrag vertonen wanneer de ouder vertrekt en terugkeert. Het gedrag van deze baby’s heeft een opvallend thema van desorganisatie gemeen, een duidelijke tegenstrijdigheid in beweging.
Desgeorganiseerde baby’s vertonen het volgende afwijkende of gedesoriënteerde gedrag in de Vreemde Situatie.
Contradictoir gedrag – de baby vertoont substantiële distress tijdens de scheiding, maar vertoont onverschilligheid of tegenstrijdig herenigingsgedrag bij de terugkeer van de ouder.
Misdirect of onderbroken gedrag – de baby zoekt na de scheiding de nabijheid van de vreemdeling in plaats van de ouder.
Stereotiep gedrag – de baby is visueel gestrest of geappt wanneer de ouder aanwezig is. Het kind kan herhaaldelijk aan zijn haar trekken met een versufte uitdrukking.
Vriezen – de baby is niet in staat om te kiezen tussen naar de ouder toegaan of van de ouder weggaan. Het kind kan gaan en verschillende keren stoppen. Ze vertonen intens hechtingsgedrag gevolgd door plotselinge bevriezing of versufte actie als tekenen van dissociatie3.
Apprehension – de baby vertoont angst voor de ouder onmiddellijk na de terugkeer van de ouder na een korte scheiding.
Disorganized Attachment Examples
Disorganized babies exhibit inexplicable, odd, disoriented or openly conflicted behaviors to their caregivers.
Hier volgt een voorbeeld van hoe een gedesorganiseerd kind reageert in de Vreemde Situatie. De baby kan luid huilen terwijl ze probeert bij haar moeder op schoot te klimmen. Tijdens het klimmen kan ze plotseling stil worden en enkele seconden bevriezen, wat een teken van dissociatie is.
In een ander voorbeeld kan een gedesorganiseerde baby snel naar zijn vader toe kruipen als de ouder terugkomt. Maar dan zou het kind plotseling stoppen, zijn hoofd draaien en met een trance-achtig, uitdrukkingsloos gezicht afstandelijk naar de muur staren, nog een teken van dissociatie. Na een korte tijd draaide het kind zijn hoofd weer terug, glimlachte en ging weer naar zijn vader toe.
Oorzaken van gedesorganiseerde gehechtheid bij kinderen
Hoewel verschillende factoren bijdragen aan gedesorganiseerde gehechtheid, is één consistente factor de gezinsomgeving en ouderbetrokkenheid.
De meest voorkomende oorzaak van gedesorganiseerde gehechtheid is het hebben van een mishandelende verzorger. Bijna 80% van de mishandelde baby’s heeft een ongeorganiseerde gehechtheid.4
Een ongeorganiseerd kind is bang voor de verzorger en diens onvoorspelbare mishandelende gedrag. Maar tegelijkertijd moeten ze op die persoon vertrouwen om te overleven5. Wanneer de verzorger zowel de bron van angst is als de enige veilige haven die het kind kent, ontstaat vaak een ongeorganiseerde gehechtheid.
Deze verzorgers zijn meestal vijandig en egocentrisch. Wanneer de terreur van de verzorger aanwezig is zonder oplossing, kan de baby geen georganiseerde strategie gebruiken om met de stress om te gaan.
Het hebben van een gewelddadige partner door de ouder heeft ook invloed op de gehechtheid van het kind en leidt tot desorganisatie.
Een andere veel voorkomende oorzaak is het hebben van een ouder die worstelt met depressie, echtelijke onenigheid, het onopgeloste verlies van een gehechtheidsfiguur, of andere traumatische ervaringen in het verleden.6
Deze anderszins normale ouders kunnen onbedoeld angstaanjagend gedrag vertonen bij hun kind als gevolg van trauma’s uit het verleden of onopgeloste verliezen. Zij kunnen de angst onwillekeurig opnieuw beleven in het bijzijn van de baby, en het kind bang maken. Deze ouders zijn soms angstig of teruggetrokken. Hun onvoorspelbare gedrag leidt tot een gedesorganiseerde hechtingsstijl die bij het kind wordt gevormd.
Onderzoekers ontdekten ook dat neurologische stoornissen of farmacologische interventie verband houden met desorganisatie als het kind gedurende langere tijd alleen is gelaten.
Karakteristieken van gedesorganiseerde gehechtheid bij kinderen
Gedesorganiseerde kinderen hebben “angst zonder oplossing” met de volgende kenmerken:
Hebben geen aandachts- en gedragsstrategie om met stress om te gaan7.
Zijn vatbaarder voor stress in de kindertijd8, en verhoogde adrenocorticale niveaus in verontrustende situaties9.
gebrek aan regulatievaardigheden en controle over negatieve emoties4.
Tonen oppositioneel, agressief, ontregeld en grillig gedrag in de kindertijd of adolescentie10.
Hebben een laag gevoel van eigenwaarde en slechte sociale vaardigheden.
Hebben meer kans op traumagerelateerde stoornissen zoals posttraumatische stressstoornis (PTSS)-symptomen in de schooljaren en dissociatieve stoornis in de adolescentie11,12.
Disorganized Attachment in Adults
Wanneer vroege desorganisatie wordt gevolgd door trauma’s toegebracht door de verzorgers tijdens de kindertijd en de adolescentie, vernieuwen en bevestigen de nieuwe traumatische interacties de interne werkmodellen van het kind zelf en de verzorger, wat resulteert in onopgeloste of gedesorganiseerde gehechtheid bij volwassenen. Deze mensen hebben de neiging om onopgeloste reacties op hun jeugdtrauma’s te hebben.
Volwassenen met een ongeorganiseerde gehechtheid kunnen worden geïdentificeerd door middel van het Adult Attachment Interview (AAI). Een gedesorganiseerde volwassene vertoont duidelijke hiaten en onsamenhangend redeneren wanneer zij hun levenservaringen met verlies of misbruik bespreken.
Kinderen van deze volwassenen hebben ook de neiging een gedesorganiseerde gehechtheidsrelatie met hun kind te hebben. Daarom heeft gedesorganiseerde gehechtheidsrelatie de neiging intergenerationeel te zijn13.
Tekenen van gedesorganiseerde gehechtheid bij volwassenen
Gedesorganiseerde volwassenen hebben vaak een gebrek aan copingvaardigheden om met stress om te gaan14. Ze hebben vaak moeite met het reguleren van emoties. Sommigen zijn bozer en gewelddadiger, en hebben problemen om contact te maken met anderen15.
Gedeorganiseerde volwassenen hebben meestal moeite met romantische relaties. Zij verlangen naar hechte relaties, maar hebben een intense angst voor afwijzing door de romantische partner. Deze overmatige verlatingsangst resulteert meestal in korte en onstabiele relatiepatronen16. Deze volwassenen worstelen om een gezonde relatie te vormen die stand houdt.
Deze volwassenen hebben tegenstrijdige mentale toestanden en gedrag. Ernstige ontregeling van de gehechtheid wordt in verband gebracht met persoonlijkheidsstoornissen zoals Borderline Persoonlijkheidsstoornis17.
Dissociatieve Identiteitsstoornis, een ernstige aandoening waarbij men zich losmaakt van de werkelijkheid en in een spoorachtige toestand terechtkomt, blijkt ook gecorreleerd te zijn met vroege ontregeling van de gehechtheid18.
Tekenen van gedesorganiseerde gehechtheid bij ouders
Het vertonen van afwijkende vormen van angstig, schrikachtig of dissociatief gedrag zijn enkele van de tekenen van gedesorganiseerde gehechtheid bij ouders.
Een vijandige ouder kan bijvoorbeeld plotseling zwijgend en katachtig op haar kind afkruipen en op een overduidelijk niet speelse manier “knaaggedrag” simuleren. Een bange ouder kan angst overbrengen op het kind wanneer het kind hen benadert voor bescherming.
Gezonde gedesorganiseerde gehechtheid
Behandeling van gedesorganiseerde gehechtheid
Erge desorganisatie veroordeelt een persoon niet automatisch tot latere gedesorganiseerde gehechtheid in hun volwassen leven.
Corrigerende gehechtheidservaringen en beschermende factoren kunnen voorkomen dat een eenmaal gedesorganiseerde zuigeling in de toekomst psychische stoornissen ontwikkelt. Andere gehechtheidsfiguren kunnen het kind bijvoorbeeld positieve gehechtheidszekerheid bieden om een gezonde gehechtheid te ontwikkelen.
Om een veilig, zeker gehechtheidssysteem te herstellen, is het mogelijk dat de ouder geleidelijk in staat wordt om traumatische herinneringen uit te werken, waardoor het kind geleidelijk aan een positievere gehechtheidservaring krijgt.
Behandeling van gedesorganiseerde gehechtheid bij volwassenen
Het is mogelijk voor gedesorganiseerde volwassenen om zich veilig te voelen en hechte, betekenisvolle relaties te ontwikkelen, en b
Wanneer een individu kwaadaardige jeugdervaringen overwint, verandert hun kinderonveilige gehechtheid na verloop van tijd in een verdiende-veilige gehechtheid. Deze persoon heeft de intergenerationele cyclus van gedesorganiseerde gehechtheid doorbroken19.
Earned-secure attachment is mogelijk wanneer er een alternatieve steunfiguur is20. Omdat het voor gedesorganiseerde volwassenen moeilijk is om te socialiseren en vertrouwen te ontwikkelen met anderen, kan het voor hen moeilijk zijn om steun te zoeken in hun sociale kring.
Om deze mensen te helpen, moedig hen aan hulp te zoeken bij professionals. Therapie kan hen helpen trauma’s uit het verleden te verwerken en gezondere manieren te ontwikkelen om met stress om te gaan. Zoek een therapeut die werkt met een relationele benadering21.
Ainsworth M. Patterns of Attachment. Psychology Press Classic Edition; 1978.
VAN IJZENDOORN MH, SCHUENGEL C, BAKERMANS-KRANENBURG MJ. Ongeorganiseerde gehechtheid in de vroege kindertijd: Meta-analyse van precursoren, concomitanten, en sequelae. Develop Psychopathol. Published online June 1999:225-250. doi:10.1017/s0954579499002035
Hesse E, Main M. Disorganized Infant, Child, and Adult Attachment: Collapse in Behavioral and Attentional Strategies. J Am Psychoanal Assoc. Published online August 2000:1097-1127. doi:10.1177/00030651000480041101
Benoit D. Infant-parent attachment: Definitie, types, antecedenten, meting en uitkomst. Kindergeneeskunde & Child Health. Published online October 2004:541-545. doi:10.1093/pch/9.8.541
Main M, Hesse E. Onopgeloste traumatische ervaringen van ouders zijn gerelateerd aan gedesorganiseerde gehechtheidsstatus van zuigelingen: Is angstig en/of angstig ouderlijk gedrag het verbindende mechanisme? In: The John D. and Catherine T. MacArthur Foundation Series on Mental Health and Development. Gehechtheid in de kleuterjaren: Theory, Research, and Intervention. University of Chicago Press; 1990:161-182.
Schuengel C, Bakermans-Kranenburg MJ, Van IJzendoorn MH. Frightening maternal behavior linking unresolved loss and disorganized infant attachment. Tijdschrift voor Consulting en Klinische Psychologie. Published online 1999:54-63. doi:10.1037/0022-006x.67.1.54
Hesse E, Main M. Second-generation effects of unresolved trauma in nonmaltreating parents: Gedissocieerd, angstig en bedreigend ouderlijk gedrag. Psychoanalytisch Onderzoek. Published online January 1999:481-540. doi:10.1080/07351699909534265
Hertsgaard L, Gunnar M, Erickson MF, Nachmias M. Adrenocortical Responses to the Strange Situation in Infants with Disorganized/Disoriented Attachment Relationships. Child Development. Published online August 1995:1100. doi:10.2307/1131801
Spangler G, Grossman K. Individual and physiological correlates of attachment disorganization in infancy. Disorganisatie van de gehechtheid. Published online 1999.
Lyons-Ruth K. Gehechtheidsrelaties bij kinderen met agressieve gedragsproblemen: de rol van gedesorganiseerde vroege gehechtheidspatronen. J Consult Clin Psychol. 1996;64(1):64-73. doi:10.1037//0022-006x.64.1.64
Carlson EA. A Prospective Longitudinal Study of Attachment Disorganization/Disorientation. Child Development. Published online August 1998:1107-1128. doi:10.1111/j.1467-8624.1998.tb06163.x
Zeanah CH, Boris NW, Scheeringa MS. Psychopathologie in de kindertijd. J Child Psychol & Psychiat. Published online January 1997:81-99. doi:10.1111/j.1469-7610.1997.tb01506.x
Liotti G. Trauma, dissociatie, en gedesorganiseerde gehechtheid: Drie strengen van één vlecht. Psychotherapie: Theorie, Onderzoek, Praktijk, Opleiding. Published online 2004:472-486. doi:10.1037/0033-3204.41.4.472
Pierrehumbert B, Torrisi R, Ansermet F, Borghini A, Halfon O. Volwassen gehechtheidsrepresentaties voorspellen cortisol- en oxytocineresponsen op stress. Gehechtheid & Menselijke ontwikkeling. Published online September 2012:453-476. doi:10.1080/14616734.2012.706394
Mosquera D, Gonzalez A, Leeds AM. Early experience, structural dissociation, and emotional dysregulation in borderline personality disorder: the role of insecure and disorganized attachment. Bord Personal Disord Emot Dysregul. Published online 2014:15. doi:10.1186/2051-6673-1-15
Lyons-Ruth K, Dutra L, Schuder MR, Bianchi I. From Infant Attachment Disorganization to Adult Dissociation: Relationele aanpassingen of traumatische ervaringen? Psychiatrische klinieken van Noord-Amerika. Published online March 2006:63-86. doi:10.1016/j.psc.2005.10.011
Beeney JE, Wright AGC, Stepp SD, et al. Disorganized attachment and personality functioning in adults: Een latente klasse analyse. Persoonlijkheidsstoornissen: Theory, Research, and Treatment. Published online July 2017:206-216. doi:10.1037/per0000184
Liotti G. Gedesorganiseerde gehechtheid als model voor het begrijpen van dissociatieve psychopathologie. In: Disorganisatie van de gehechtheid. The Guilford Press; 1999:291-317.
Roisman GI, Padron E, Sroufe LA, Egeland B. Earned-Secure Attachment Status in Retrospect and Prospect. Child Development. Published online July 2002:1204-1219. doi:10.1111/1467-8624.00467
Saunders R, Jacobvitz D, Zaccagnino M, Beverung LM, Hazen N. Pathways to earned-security: De rol van alternatieve steunfiguren. Bijvoegsel & Menselijke ontwikkeling. Published online July 2011:403-420. doi:10.1080/14616734.2011.584405
Blizard RA. Disorganized Attachment, Development of Dissociated Self States, and a Relational Approach to Treatment. Journal of Trauma & Dissociation. Gepubliceerd online juni 2003:27-50. doi:10.1300/j229v04n03_03