Over de procedure
Laatst bijgewerkt: 03.25.2021
De grootte en de vorm van de tepel, hoewel niet typisch een indicator van een gezondheidsprobleem, kunnen esthetisch ongemak voor sommige individuen veroorzaken. De tepel is cilindrisch van vorm met een gebogen top, maar tepelhypertrofie treedt op wanneer de projectie of diameter van de tepel te groot of te breed is. Tepelhypertrofie kan optreden tijdens de puberteit, maar kan ook worden veroorzaakt door zwangerschap, borstvoeding of trauma aan het weefsel. Bij een tepelverkleining wordt meestal gekeken naar de projectie, of hoogte, van de tepel. De diameter, of breedte, van de tepel kan ook worden gecorrigeerd tijdens de ingreep. Eerst worden er preoperatieve markeringen op de tepel getekend. Afhankelijk van de voorkeur van de patiënt wordt een cirkelvormige markering gemaakt aan de basis van de tepel en tussen 6-8 mm van de basis van de tepel, waarbij de nieuwe hoogte van de tepel wordt afgebakend. Als de diameter van de tepel wordt verkleind, worden er extra rechthoekige of wigvormige markeringen gemaakt op de boven- en onderkant van de tepel, die overeenkomen met de hoeveelheid weefsel die moet worden verwijderd. Bij een tepelverkleining is alleen plaatselijke verdoving nodig. De basis en de romp van de tepel worden geïnfiltreerd met lidocaïne. De incisies worden gemaakt volgens de preoperatieve markeringen. Extra huid wordt weggesneden en verwijderd. Met hechtingen wordt de tepel aan de basis vastgemaakt, waardoor de hoogte wordt verminderd. Indien de breedte van de tepel wordt gereduceerd, wordt de huid aan de omtrek van de tepel ook weer aan elkaar gehecht. Over de tepel en tepelhof wordt een verband aangebracht. De meeste patiënten zijn 2 weken na de ingreep hersteld.