Wat is een vulvoplastiek?
Vulvoplastiek, ook wel episioplastiek genoemd, is een chirurgische ingreep die uw dierenarts kan aanbevelen om een conformatieprobleem (structurele vorming) te corrigeren dat bekend staat als een verzonken vulva.
Honden met een verzonken vulva hebben huidplooien die over de vulva hangen. Bij een vulvoplastie verwijdert uw dierenarts een halvemaanvormig stukje weefsel van boven de vulva. Hierdoor wordt de huid rond de vulva opgetild en in een meer normale vorm getrokken.
Waarom zou mijn dierenarts een vulvoplastie aanraden?
Bij een hond met een verzonken vulva hangen er huid- en vetplooien over de vulva. Deze huidplooien houden vaak urine vast, wat leidt tot een warme, vochtige omgeving waarin bacteriën zich kunnen vermenigvuldigen. Aangetaste honden kunnen een ontsteking of infectie van de huidplooien, vaginitis (vaginale ontsteking/infectie), of urineweginfecties ontwikkelen. Honden kunnen last krijgen van terugkerende infecties, waarvoor langdurige behandeling met lokale of orale antibiotica nodig is. In sommige gevallen kan terugkerend of langdurig gebruik van antibiotica leiden tot antibioticaresistente infecties.
“Aangetaste honden kunnen een ontsteking of infectie van de huidplooien, vaginitis (vaginale ontsteking/infectie), of urineweginfecties ontwikkelen.”
Het herstellen van de normale vorm van de vulva helpt de ventilatie in dit gebied te verbeteren, waardoor de huid kan uitdrogen en het moeilijker wordt voor bacteriën om te groeien. Bovendien voorkomt deze operatie dat de huidlagen tegen elkaar schuren en verder bijdragen aan vulva-ontsteking.
Welke voorbereiding heeft mijn huisdier nodig voor de vulvoplastie?
Voor de operatie is het belangrijk dat een eventuele huidinfectie rond de vulva is verholpen. In veel gevallen is hiervoor een kuur met orale antibiotica nodig. Als uw dierenarts een antibiotica-resistente infectie vermoedt, kunnen bacteriekweken worden uitgevoerd om de keuze van een geschikt antibioticum te begeleiden. Het is belangrijk om een bestaande infectie voor de operatie te verwijderen, omdat een infectie op de operatieplaats een normale genezing van de wond kan verhinderen.
“Voor de operatie is het belangrijk dat een eventueel aanwezige huidinfectie rond de vulva is opgelost. In veel gevallen is hiervoor een orale antibioticakuur nodig.”
Uw dierenarts kan ook pre-anesthetisch bloedonderzoek vóór de operatie aanbevelen. Dit bloedonderzoek stelt uw dierenarts in staat om het aantal witte en rode bloedcellen, het aantal bloedplaatjes en het biochemische profiel van het serum van uw hond voor de operatie te beoordelen. Normaal pre-anesthetisch bloedonderzoek helpt uw dierenarts te verzekeren dat uw huisdier een goede kandidaat is voor anesthesie. Als uw huisdier afwijkingen in het bloed heeft, moeten deze voor de operatie worden behandeld.
Uw dierenarts zal u ook instructies geven over de inname van voedsel en water voor de anesthesie. In de meeste gevallen moet u vanaf de avond voor de operatie geen voedsel meer geven en de ochtend van de operatie niet te veel water drinken. Dit is belangrijk omdat een volle maag het risico op braken tijdens of na de narcose kan verhogen.
Hoe wordt een vulvoplastie uitgevoerd?
Bij een vulvoplastie verwijdert de dierenarts een halvemaanvormig stuk weefsel (huid en mogelijk wat onderliggend vet) boven en aan beide zijden van de vulva. De grootte van de weggenomen halve maan hangt af van de ernst van de verzonken vulva van uw hond. Als dit weefsel is verwijderd, worden de snijvlakken van de resterende huid met huidhechtingen aan elkaar gehecht. Hierdoor wordt de huidplooi opgetild, waardoor de vulva aan de lucht wordt blootgesteld en vochtophoping wordt voorkomen.
Deze ingreep wordt onder algehele narcose uitgevoerd.
Wat is het verwachte herstel na een vulvoplastie?
Na de operatie gaat uw huisdier naar huis met een niet-steroïdaal anti-inflammatoir medicijn om pijn en zwelling op de operatieplaats te voorkomen. Het is belangrijk dat u deze medicatie volgens voorschrift geeft, om uw hond comfortabel te houden en complicaties bij de operatie tot een minimum te beperken. Uw hond kan ook naar huis gaan met een antibioticum, om infectie van de incisie te voorkomen.
Uw hond kan huidhechtingen hebben na deze operatie. Deze hechtingen moeten na 10-14 dagen worden verwijderd. U moet een afspraak maken met uw dierenarts om de incisie opnieuw te laten controleren en de hechtingen te laten verwijderen.
De eerste twee weken na de operatie is het heel belangrijk dat uw hond rustig blijft en niet te veel doet. Door te veel rennen of springen kan de incisie opengaan, wat tot ernstige complicaties kan leiden.
“De eerste twee weken na de operatie is het heel belangrijk dat uw hond rustig blijft en niet te veel doet.”
Het is ook belangrijk dat uw hond de eerste één tot twee weken na de operatie een e-collar (kegel) draagt. Dit voorkomt het likken aan de incisie, wat de genezing zou belemmeren en tot infectie zou kunnen leiden.
Wat is de prognose na een vulvoplastie?
In het algemeen is de prognose na een vulvoplastie uitstekend. Studies tonen aan dat een grote meerderheid van de eigenaars tevreden is met het postoperatieve resultaat van hun huisdier.
De belangrijkste complicatie die kan optreden is dehiscentie (opengaan) van de wond. Dit kan gebeuren als er te veel weefsel wordt verwijderd en de wond onder spanning wordt gesloten, of als een huisdier in de postoperatieve periode overmatig actief is. Beperking van de activiteit van uw hond na de operatie en consequent gebruik van een e-collar zijn de beste manieren om dehiscentie te voorkomen.
Een andere mogelijke complicatie van een vulvoplastie is dat er onvoldoende weefsel kan worden verwijderd. Als dit gebeurt, kunnen de klinische tekenen van een verzonken vulva blijven bestaan omdat het probleem niet volledig is opgelost. In zeldzame gevallen kan een hond een tweede operatie nodig hebben om het probleem verder te corrigeren.