Cafestol, een stof in koffie, verhoogt het cholesterol door een receptor te kapen in een intestinale route die cruciaal is voor de regulatie ervan, aldus onderzoekers van Baylor College of Medicine in een rapport dat verschijnt in het julinummer van het tijdschrift Molecular Endocrinology.
In feite is cafestol het meest krachtige cholesterolverhogende middel dat bekend is, aldus Dr. David Moore, hoogleraar moleculaire en cellulaire biologie aan BCM, en Dr. Marie-Louise Ricketts, een postdoctoraal student en eerste auteur van het rapport. Cafetière, of French press koffie, gekookt Scandinavisch brouwsel en espresso bevatten de hoogste niveaus van de verbinding, die wordt verwijderd door papieren filters gebruikt in de meeste andere brouwprocessen. Verwijdering van cafeïne verwijdert cafestol echter niet.
Studies van een co-auteur – Dr. Martijn B. Katan van de Vriye Univeriteit Amsterdam, Instituut voor Gezondheidswetenschappen, Nederland – wijzen uit dat het nuttigen van vijf kopjes French press koffie per dag (30 milligram cafestol) gedurende vier weken het cholesterolgehalte in het bloed met 6 tot 8 procent verhoogt.
Hoewel de cholesterolverhoging in verband met cafestol al eerder was vastgesteld, voornamelijk door het werk van Katan en zijn collega’s, bleef het mechanisme waardoor het werkte een mysterie. Het was een mysterie dat Moore en Ricketts besloten in het laboratorium te onderzoeken.
Ricketts zei dat ze lange tijd werd tegengehouden door de paradoxale effecten van cafestol in de lever. De ontdekking van een gen met de naam fibroblast groeifactor 15 of FGF 15 opende echter de deur om te begrijpen hoe cafestol de farsenoïde receptor X of FXR in de darm beïnvloedt. FXR werd voor het eerst geïdentificeerd als een galzuurreceptor in studies in verschillende laboratoria, waaronder dat van Moore.
“Het maakt deel uit van de eigen manier van het lichaam om het cholesterolgehalte te reguleren,” zei Ricketts.
Door onderzoek in de reageerbuis en bij muizen ontdekten zij en Moore dat cafestol in de darm FXR activeert en FGF15 induceert, waardoor de effecten van drie levergenen die het cholesterolgehalte reguleren, worden verminderd. Hoewel het nog onduidelijk is of cafestol zelf de lever bereikt, bevestigt de bevinding dat het effect van de stof zich in de darm bevindt, die direct betrokken is bij het transport van galzuren.
Moore’s belangstelling voor cafestol begon enkele jaren geleden toen zijn vrouw een artikel las over het effect van koffie op het cholesterolgehalte. Zij stelde voor dat hij zijn brouwmethode zou veranderen, waarbij hij een permanent koffiefilter gebruikte. De papieren filters, zo suggereerde het artikel, verwijderden de koffieoliën, die cafestol bevatten.
Moore onderzocht het probleem, en vond artikelen van co-auteur Katan. Hij was al bezig met FXR, en begon na te denken over de vraag of cafestol dat signaal in de cholesterolroute zou kunnen beïnvloeden.
Anderen die aan het werk deelnamen waren onder meer: Mark V. Boekschoten, Guido J.E.J. Hooiveld en Michael Müller van Wageningen Universiteit, Divisie Humane Voeding, Nederland; Arja J. Kreeft, Corina J.A. Moen, Rune R. Frants van Center for Human and Clinical Genetics, LUMC, Leiden, Nederland; Soemini Kasanmoentalib van de afdeling Medische Statistiek, LUMC, Leiden, Nederland; Sabine M. Post en Hans MG Princen van TNO Pharma in Leiden, Nederland; J. Gordon Porter van Incyte Corporation, Palo Alto, CA; en Marten H. Hofker van de afdeling Pathologie en Laboratoriumgeneeskunde, Universitair Medisch Centrum in Groningen, Nederland.
De financiering van deze studie was afkomstig van het U.S. Department of Agriculture, National Institutes of Health, Wageningen Centre for Food Sciences, de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek en de Nederlandse Hartstichting.