Je hebt deze oude Indiase fabel vast wel eens gehoord. Zes blinde mannen raken verschillende delen van een olifant aan en komen tot totaal verschillende conclusies over wat een olifant is.
Mensen gebruiken dit verhaal meestal om te waarschuwen tegen het claimen van absolute autoriteit over een onderwerp op basis van subjectieve ervaring. Dat is allemaal goed en wel, behalve wanneer ze het gebruiken om de nauwkeurigheid van wetenschappelijke kennis te betwisten en zeggen: “Wetenschappers zijn blind! Zij kennen de ware vorm van de olifant niet!
Deze critici hebben deels gelijk, maar grotendeels ongelijk.
Weliswaar heeft de wetenschap niet overal een antwoord op en zal dat waarschijnlijk ook nooit hebben, maar deze fabel van de olifant houdt gewoon geen stand in de kritiek op de wetenschap. Een simpel feit slaat het omver als slappe linguini.
Maar voor we daaraan toekomen, lees John Godfrey Saxe’s pakkende versie van Blinde mannen en de olifant:
Het waren zes Indostaanse mannen,
die veel wilden leren,
die naar de olifant gingen
(Hoewel ze allemaal blind waren),
Om ieder door observatie
hun verstand te bevredigen.De eerste naderde de Olifant,
en viel
tegen zijn brede en stevige zijde,
begon meteen te schreeuwen:
“God zegene mij! maar de olifant
is net een muur!”De tweede, die de slagtand voelde,
riep: – “Ho! wat hebben we hier
Zo rond en glad en scherp?
Voor mij is het heel duidelijk,
Dit wonder van een olifant
is net een speer!”De derde naderde het dier,
en nam
de wriemelende slurf in zijn handen,
stond brutaal op en sprak:
“Ik zie,” -zo sprak hij-“de olifant
lijkt erg op een slang!”De vierde stak een gretige hand uit,
en voelde aan de knie:
“Waar dit wonderlijke beest het meest op lijkt is heel duidelijk,” -zegde hij,-
“Het is duidelijk genoeg dat de olifant erg op een boom lijkt!”De vijfde, die het oor toevallig aanraakte,
zei: “De blindste mens
kan zeggen waar dit het meest op lijkt;
Verloochen het feit wie het kan,
Dit wonder van een Olifant
lijkt erg op een waaier!De Zesde was nog niet eens begonnen
om het beest heen te tasten,
toen hij de zwaaiende staart greep
Die binnen zijn bereik viel,
“Ik zie,” -zegde hij,”-“de Olifant
Lijkt wel een beetje op een touw!”
En zo twistten deze Indostaanse mannen
Luid en lang,
Elk naar zijn eigen mening
Stijf en sterk,
Hoewel ieder ten dele gelijk had,
En allen ongelijk hadden!Moraal,
Zo, dikwijls in theologische oorlogen
reden de disputanten, naar ik meen,
Railen voort in volslagen onwetendheid
Over wat elkanders bedoeling is;
Doen pratend over een Olifant
die geen van hen heeft gezien!
God dat gedicht is zo pakkend! Maar terug naar de filosofie. Wat is hier mis mee als kritiek op wetenschappelijke kennis?
Het is simpel. In de wetenschap, praten al deze blinde mannen met elkaar! Ze bespreken hun individuele waarnemingen en proberen tot een eensluidende conclusie te komen.
“U zegt dat het als een touw is?” vraagt een blinde. “Waarom?”
“Kom hier en voel eens,” antwoordt de ander.
“Ahhh, ik kan zien hoe dit op een touw lijkt. Maar kom hier en je zult begrijpen waarom ik zeg dat het als een speer is!”
De wetenschap zou geen van de oorspronkelijke blinde mannen serieus nemen, omdat de wetenschap geen enkele mening als wetenschappelijk feit beschouwt. Dat zijn slechts ongetoetste hypotheses.
Als deze fabel zich werkelijk tot de wetenschap richtte, zou elk van de blinde mannen om de olifant heen gaan, voelen wat de anderen hebben gevoeld en dan de merites van elk punt accepteren, verwerpen of bediscussiëren, totdat ze uiteindelijk een realistische voorstelling van een olifant kunnen schetsen. Of iets dat er dicht bij in de buurt komt.
Dan halen ze er meer blinde mannen bij – vraag me niet waar ze al die blinde mannen vandaan halen – en laten ze hetzelfde testen. Ze keken tot welke conclusie de nieuwe mensen kwamen, vergeleken die met de oude, en discussieerden over de overeenkomsten en verschillen. Enzovoort.
Op het laatst zouden er honderden, zo niet duizenden blinden zijn die de resultaten van deze arme olifant met elkaar vergelijken.
Dus de volgende keer dat iemand wetenschappelijke kennis probeert te betwisten met de fabel van de blinden en de olifant, bedenk dan: in de wetenschap praten die blinden met elkaar en debatteren over hun bevindingen totdat ze tot een eensluidende conclusie komen.